Een Bowen ‘move’ bestaat doorgaans uit het naar de rand van een specifieke spier, pees of gewrichtsband zacht trekken van de huid, om vervolgens de zo opgebouwde spanning een moment vast te houden en dan met een rollende beweging weer vrij te geven.
Tijdens en na deze beweging registreren de duizenden proprioceptoren (stand- en bewegingsdetectoren in spieren en pezen), dat er een afwijkende situatie bestaat. Deze situatie is vaak geleidelijk ontstaan door bijvoorbeeld een jarenlange verkeerde houding, maar kan ook plotseling bij een valpartij of verkeerde beweging zijn ontstaan.
De Bowen ‘move’ werkt dan als een katalysator en geeft via de sensorische zenuwbanen en het ruggenmerg de afwijking door aan de hersenen. Daar worden de signalen verwerkt en vergeleken met de rustspanning die er ter plekke zou moeten zijn. Vervolgens wordt de corrigerende informatie via het ruggenmerg teruggekoppeld aan de veelheid van spieren, zodat zij hun juiste rustspanning en onderlinge balans hervinden.
De voorgaande fysiologische uitleg van de Bowen ‘move’ laat zien hoe tijdens (en na!) een behandeling het zelfherstellend vermogen van ons lichaam wordt geactiveerd en gestimuleerd. Tevens kan hiermee worden verklaard, dat deze zacht manipulerende bewegingen een enorme invloed op de houding en het functioneren van ons totale lichaam kunnen hebben.
Als men zich bijvoorbeeld realiseert dat ook ingewanden en zenuwen omringt zijn door spierweefsel en dat ze door afwijkingen in de spieren weggedrukt kunnen worden of bekneld kunnen raken, dan kunnen daar gemakkelijk allerlei klachten uit ontstaan zoals, RSI, buikklachten, rugklachten enz..
Ook kan spanning op het bindweefsel problemen met het afvoeren van afvalstoffen geven. Nier- en darmfuncties kunnen hierdoor verstoord raken, wat klachten als hoofdpijn, vermoeidheid en problemen met de ontlasting tot gevolg kan hebben.
Ook stress en emotionele problemen hebben hun weerslag op de toestand van het bindweefsel. Omgekeerd is het dan ook niet vreemd dat ontspanning van het bindweefsel op zijn beurt invloed heeft op stress-beleving en emoties.
Spanning op het bindweefsel in het ademhalingsgebied kan benauwdheidsklachten veroorzaken, denk hierbij aan hooikoorts-verschijnselen, astmatische problemen.
Een zwakke knie bijvoorbeeld, zal vrijwel zeker een compenserende bekkenstand tot gevolg hebben. Dit kan op haar beurt weer resulteren in een compenserende schouderstand waardoor de betreffende persoonnekklachten of hoofdpijn als primaire klacht ervaart.
Samengevat is het dus het lichaam zelf dat de daadwerkelijke correcties maakt, nadat de therapeut de aanwezige afwijking(en) onder de aandacht van het centrale zenuwstelsel heeft gebracht. De corrigerende aanpassingen in het gehele lichaam kunnen plaatsvinden tot enkele dagen na de behandeling.